Kattenziekte

Gepubliceerd op 3 december 2020 om 12:00

De laatste paar maanden wordt er weer veel gesproken over kattenziekte. Dit komt doordat er in Nederland een aantal uitbraken zijn van deze ziekte. Ook in provincie Groningen is er recent een nestje kittens bezweken aan kattenziekte. Wat houdt kattenziekte nu eigenlijk in en wat is er aan te doen? Wat is het belang van de jaarlijkse vaccinatie?

Kattenziekte, ook wel feline panleucopenie of feline parvovirus genoemd, is een zeer besmettelijke virusinfectie veroorzaakt door het parvovirus. Vooral jonge kittens zijn erg gevoelig voor dit virus, maar ook volwassen katten met een iets verminderde weerstand kunnen de ziekte oplopen. Kittens kunnen al in de baarmoeder van het moederdier worden besmet.

 

Het virus gaat in snel delende cellen zitten. Het virus tast vooral het maagdarmkanaal aan wat leidt tot ernstig braken en diarree. De dieren raken uitgedroogd en kunnen geen voedingsstoffen meer opnemen via de darmen waardoor ze ook een ernstig energiegebrek krijgen. Besmette dieren hebben koorts en geen eetlust meer. Ze worden heel snel ernstig ziek. Het virus kan ook de hersenen, beenmerg of hartcellen aantasten.

 

Omdat de ziekte een heftig verloop heeft en het beenmerg kan aantasten, is dit een enorme aanslag op het afweersysteem. Hierdoor loopt de kat een groot risico om andere ziektes op te lopen waardoor het ziekteverloop nog ernstiger wordt.

 

Wat is er aan te doen? Het virus zelf kan niet bestreden worden, er is alleen ondersteunende therapie mogelijk. Het dier moet zelf over de infectie heen komen, wij kunnen hem daarin alleen zoveel mogelijk gaan ondersteunen. Dit houdt in dat het dier aan het infuus moet om te zorgen dat de uitdroging wordt tegen gegaan.

 

De overlevingskans is erg klein, vrijwel alle dieren zullen sterven aan de gevolgen van de infectie. Een heel enkel dier overleeft de infectie maar kan wel blijvende schade aan darmen / hersenen hebben ontwikkeld.

 

Preventief kunnen katten worden gevaccineerdtegen kattenziekte. Dit vaccin werkt erg goed waardoor het risico dat katten de ziekte oplopen nihil is. Om een optimale bescherming te krijgen moet een kitten meerdere malen worden gevaccineerd. Is de kat eenmaal volwassen dan hoeft er meestal maar één keer in de drie jaar gevaccineerd te worden tegen kattenziekte. Is de kat nog nooit gevaccineerd dan is het aan te raden om het dier tweemaal te laten vaccineren met een tussentijd van drie weken.